woensdag 30 januari 2013

Storytelling: Tell me a story, if you can...

Ik heb drie dochters. En het zijn schatten van meiden al zeg ik het zelf. De oudste dochter is 16 jaar. Gisteravond zaten we (mijn partner en ik) samen met haar op de bank te fantaseren over de manier waarop zij, later als ze groot is, gaat trouwen. Het is nog lang niet zover gelukkig, ik moet er niet aan denken, maar het is leuk om je fantasie daarover de vrije loop te laten. Al is het minder leuk, dat het moment steeds dichterbij komt waarop zij het huis gaat verlaten.

Ze wordt te snel groot. Dat vind ik, maar zij deelt die mening niet.
Met weemoed denk ik soms terug aan haar kindertijd. Toen ze nog klein was, inclusief Dora-kapsel, cute, ontwapenend en überschattig. Elke avond een paar pagina's uit het Berenboek of uit Jip en Janneke voorlezen, waarbij je dan je best deed om de beer, poes Siepie of hond Takkie zo goed mogelijk neer te zetten. Je leefde je zó in dat je vanzelf de beer, hond of kat werd.

Helaas worden er steeds minder verhalen gelezen en verteld. Jip en Janneke zijn ingeruild voor GTST, smartphone en laptop. Als ouder kom je er bij een puberende dochter niet meer aan te pas 's-avonds voor het slapen gaan.

foto: 'Pretty girl talking on the cellphone' - Lanak - stockfreeimages.com

Pas bij het bezoek van opa komen de echte verhalen weer op gang. Verhalen over het verzet en de Tweede Wereldoorlog. Verhalen over waterlinies, geallieerden, parachutisten en hongersnood. Verhalen over vluchten, verstoppen en uitbundige feesten na de bevrijding.
Opa vertelt vol vuur en dochter 1, 2 en 3 hangen gebiologeerd aan zijn lippen. Jawel, ook dochter nummer 1. Alsof je middenin een soort 3D-film zit (zonder Jan Smit, dat dan weer wel) waarbij je onwillekeurig je adem inhoudt op spannende momenten, je je hoofd verstopt bij een laag overvliegende Messerschmitt en het water je in de mond loopt bij het verhaal (of mythe) van het Zweeds wittebrood.

In je genen

Het is een gave die bij opa's schijnt te horen. En het is een gave die bij veel tegenwoordige verhalenvertellers helaas ontbreekt. Écht boeiend verhalen kunnen vertellen moet in je genen zitten; dat is aangeboren kunst. Net zoals een virtuoos op een muziekinstrument zijn noten speelt, laat een goede verhalenverteller zijn woorden vloeien, klateren en sprankelen.
En het beste gaat dat volgens mij, wanneer je iets doorleefd hebt, wanneer je er voor 200 procent achter staat. Anders is het nep, fake, fail en dislike. Een luisteraar prikt er zó doorheen: bam!

Onlangs heb ik een CEO aan het woord gezien. Hij stelde zich voor als transmediale storyteller en moest zijn bedrijf daar presenteren. Eén groot drama, echt waar. Hij kwam totaal niet geloofwaardig over. Geen bezieling, geen goedlopend sappig verhaal, geen vuur, geen lijn, geen gevoel, geen passie, geen geloof. Ja, héél even toen het over hemzelf ging.
"The goal is to do business with people who believe what you believe." Helaas, ik geloof  hem nog steeds niet. Ook al heb je een goed verhaal, je moet het ook nog kunnen presenteren.

Waarom heeft dat bedrijf deze man daar neergezet? Of heeft de beste man zichzelf opgedrongen? Ja, hij heeft wel heel kort alle media waarop zijn bedrijf actief is laten zien (internet, radio, games en televisie), maar het bedrijf is tot op heden nog niet geland bij mij. De corporate story heb ik nog steeds niet gezien. Doel gemist, puntje laten liggen. Een verhalenverteller is toch heel wat anders dan een digitale-dia-presentator. Zonde van mijn tijd.

Deal?

Zullen we wat afspreken?
Dat we eerst leren luisteren voordat we gaan praten?
Dat we het verhalen vertellen overlaten aan mensen die het kunnen? Aan bevlogen en bezielde mensen?
Dat we échte verhalen gaan vertellen en niet door marketingafdelingen kunstig in elkaar gedraaide scripts afvuren die niemand raken.
Dat we de boeken "Storytelling voor dummy's" en "Storytellen, iedereen kan het" voorlopig links laten liggen?
Dat we ook eens eenduidige definities voor het begrip 'storytelling' gaan opstellen zodat ik het ook snap?
Dat we gewoon jouw en mijn tijd nuttig gaan besteden en ik mijn mond hierover houd?

Naar onzin luisteren kan altijd nog. Je houdt bergen tijd over die je kunt besteden aan hobby's, fysieke sociale contacten en vrijwilligerswerk. Moet je zien wat voor een mooie verhalen dát oplevert...



Links



maandag 28 januari 2013

Vieze handen en gebakken lucht

Ik heb een gevoel. Een ongefundeerd gevoel, dat er niemand meer is die zijn of haar handen vuil wil maken. Dat er niemand meer is die gewoon met beide benen op de grond, met de voeten in de klei, aan het werk is. Dat laten we aan onze immigrant over. Zij doen het vuile werk, wij zeuren over het feit dat zij geen wegenbelasting betalen. Mooie deal toch?

Zelf ben ik net zo erg hoor. Ik zit hier veilig, warm en droog achter mijn computertje. Hooguit bedreigd door de bacteriën op mijn toetsenbord (wist je dat een toetsenbord smeriger is dan een wc-bril trouwens?). Ik genereer bits en bytes; niets tastbaars, niets houdbaars, niets materieels.
Gewoon lucht dus. Ik produceer magnetische puntjes op een aantal opslagschijven ergens in Nederland. Of in Engeland, Duitsland, Frankrijk? Wie het weet mag het zeggen.

foto: 'balloon' - myads - http://www.sxc.hu/
En ik ben niet de enige die de schijven vult. Alleen al op Twitter komen er dagelijks zoveel (linkjes naar) berichten voorbij, dat ik er gewoon 7 dagen per week extra bij zou moeten hebben om alles te lezen en te bewaren. En het groeit naar duizenden Petabytes in de komende jaren.

Ik heb de grootste

Hoe zorg jij nou dat je opvalt in dit afvalputje? Hard roepen dat je de grootste hebt, de mooiste bent en het beste maakt? Gebruik makend van de standaard tips die mij moeten overhalen om jouw artikel te lezen? Je kent ze wel: die schreeuwerige headliners met 'de 7 kerntaken van', 'de 8 regels om te zorgen dat', 'six tips for'.

Niet doen! Wees creatief en verras me. Ik ken de meeste trucjes inmiddels en heb ze nu wel door. Zodra ik er weer zo eentje tegenkom, dan sla ik je over, écht waar. Wanneer je niet creatiever kunt zijn dan het nadoen van een trucje uit een lijstje van iemand anders, ben je het niet waard. Simpel.
Wees eerlijk naar mij toe met wat je wilt. Doe eens moeite en behandel me niet als eenheidsworst. Ik ben typist, géén typetje. Ik ben een mens met karakter, géén karikatuur. Ik ben een individu, géén persona!

Kroket

Als jij nou eens goed gaat nadenken over jou en mij, dan ga ik verder met produceren. Daarmee creëer ik een direct opeisbaar digitaal tegoed bij mijn bank. In te wisselen voor een zompig, maar tastbaar, broodje kroket dat is gemaakt door de beste krokettenfrituurder hier in de stad. Speciaal voor mij gebakken. Met liefde voor het vak en met schone handen, dat dan ook nog.

Morgen kijk ik dan wel wat jij ervan gebakken hebt. Maak je handen lekker vuil, trek je ideeën uit de klei. Zoals Genie uit de tekenfilm Alladin al zei: 'Wake up and smell the hummus!'

Links




vrijdag 25 januari 2013

Hotcare: webcare, maar dan supersnel


Ik heb ook Twitter. Erg handig om even snel contact op te nemen met een bedrijf, mits er iemand achter de computer zit om de Tweet op te vangen natuurlijk.

Vroeger, uit de tijd van postduif, postkoets, briefpapier, enveloppes, postzegels en postbestellers-met-pet, ging het allemaal niet zo snel, maar waren de verwachtingen ook niet zo hoog gespannen.
Je had een klacht, schreef een brief (of briefkaart), liet je kind, vrouw of hond de postzegel likken en deed het in de brievenbus. Een paar dagen later ging je dan bij de brievenbus zitten wachten op antwoord of je ging bellen (dat was al een vooruitgang trouwens). Al met al een tijdrovende bezigheid, maar dat maakte ook niet uit omdat je dat zo gewend was en het verwachtingspatroon niet zo hoog lag voor wat betreft reponsetijd.

Nu we in het supersnelle glasvezeltijdperk zijn beland moet alles ineens stante pede (terstond, meteen, dadelijk, direct, onverwijld). Net zoals in de reclame van een telecombedrijf: wat we gewend zijn, maar dan supersnel!

Hotcare / webcare
foto: 'speedy mouse' - ilco - http://www.sxc.hu

Email

Een Email moet binnen 24 uur worden beantwoord. Soms ook binnen 3 werkdagen, of nog meer zelfs. Hoe langer de standaardtijd is, hoe meer mijn gevoel ontevreden wordt.
Op zich kan ik daar wel mee leven. maar dan wil ik wel een écht antwoord binnen die tijd en geen automatisch verzonden bericht in de trant van 'wij hebben uw bericht ontvangen.' En vervolgens blijft het dan ijzig stil aan de andere kant van de communicatielijn. Daar word ik niet blij van!

Telefoon

Bellen kan ook nog hé? Maar ja: 'Om u beter van dienst te zijn volgt nu een keuzemenu...'
Ik ben dan al weer afgehaakt. Teveel keuzemenu's -vaak op dure 0900-nummers- waar je veel te lang doorheen moet om vervolgens uit te komen bij 'Helaas kunnen wij u niet te woord staan. Probeert u het later nog eens.' En vervolgens blijft het dan ijzig stil aan de andere kant van de communicatielijn.
Ik ben niet geholpen en ben inmiddels 5 euro aan belkosten armer. Ook hier word ik niet blij van!

Social Media

Naar Social Media dan maar. Van de bedrijven die daar actief bezig zijn zie ik dat de meeste snel reageren. Sommige bedrijven reageren alleen tijdens kantoortijden, sommige 24 uur per dag en 7 dagen per week.
Maar er zijn ook bedrijven die onregelmatig reageren. Soms binnen een paar uur al, soms dagen niet. Is dan nét die éne webcare-medewerker op vakantie of ziek?
Er schijnt een TNS-NIPO onderzoek te zijn geweest, waarbij de gemiddelde responsetijd op een week lag. Dat is dus véél te lang. Ik verwacht gewoon binnen 24 uur een reactie. Wanneer het vervolgens hier ook ijzig stil wordt aan de andere kant van de communicatielijn, word ik daar ook niet blij van.



Kleuter?

Ik ben een verwende consument. Met de trekken van een klein kind: 'Ik wíl het, en ik wil het nu!'
Ik wil geen telefoonlijn, maar een hotline.
Ik wil geen webcare die archaïsch aanvoelt, ik wil hotcare. Nu meteen, snel, smooth, crispy, slick. En met de juiste antwoorden graag.

Ik wil belangrijk zijn. Ik ben toch jouw klant? Jij wil toch mijn centen?
Doe dan wat moeite en maak mij blij.



bron: http://www.socialbusinessnews.com/why-social-customer-service-matters/


dinsdag 22 januari 2013

Big-Data: Big-Money of Big-Hype?

Ik heb een computer. Zo'n doodgewone klapdoos met een harde schrijf met ongeveer 250 Gigabytes opslagcapaciteit. Langzamerhand slibt de harde schijf dicht omdat ik gewoon alles opsla wat ik tegenkom. Foto's, filmpjes, emails, muziekfragmenten enzovoorts. Nog erger: ik ben het overzicht kwijt!

Zo moet het internet zich ook zo langzamerhand voelen. Overal liggen gegevens opgeslagen, klaar om tot bruikbare informatie verwerkt te worden. Je hoeft ze alleen maar te koppelen. Dat zegt dan weer iemand op internet. Een onnoemelijke hoeveelheid Petabytes, Exabytes, Zettabytes of Yottabytes. We ontwikkelen een nieuwe hype van een al lang bestaand fenomeen en noemen het: Big Data.

Volgens mij niets meer dan een marketing term, want Big Data bestaat al zo lang als dat er internet is. Nu is het ineens modern. Vooral leuk voor de omliggende bedrijfstakken.
Want natuurlijk moet je een 'Big Data Strategie' ontwikkelen en een moet je 'profiteren van Big Data'. Natuurlijk moet je alle seminars aflopen en workshops bezoeken van bedrijven die je gaan vertellen over de fantastische mogelijkheden van Big Data. Want Big-Data is 'grondstof voor innovatie en groei!' Vooral bij bedrijven die daar 'Big Money' van maken.
Je bent niet meer dan een object met geld, een zak vol euro's, geloof me.


Wat nou, als je er wél wat mee gaat doen? Dat je van die enorme hoeveelheid gegevens aparte datasetjes kunt maken en die gaat verkopen? We hebben het over 2 zettabyte aan gegevens in 2015. Gat in de markt toch? Volgens het IDC en Gartner zullen de verkopen van Big-Data-subsets toenemen. Voor 2016 wordt een omzet van 18 miljard euro verwacht. Mooie cijfers; om van te watertanden...
Maar ja... welk bedrijf gaat al die data opzoeken, ontsluiten, analyseren, rubriceren en verkopen? Wie doet aan Big-Data-Processing? Er zijn al genoeg bedrijven die dit intern doen. Maar commercieel? En dat je dan écht wat te bieden hebt in plaats van een hoop gebakken lucht?
En dan goedkoop als het kan; we blijven Nederlanders.


Eén Apache project met open-source software is Hadoop. Hadoop is 'a framework that allows for the distributed processing of large data sets across clusters of computers using simple programming models'.

Er wordt dus serieus werk van gemaakt. Big-Data is nu 'hot' en 'trending'. Net zoals 'alles-in-de-cloud-doen' vorig jaar. Maar zie ik Big-Data volgend jaar rond deze tijd nog terugkomen?
Of blijft het bij een kurkdroge definitie in Wikipedia?

Big Data:  a collection of data sets so large and complex that it becomes difficult to process using on-hand database management tools or traditional data processing applications

Wikipedia




donderdag 17 januari 2013

Trendwatching: Follow the leader, leader, leader

Ik heb een vriendin. Ze is hartstikke aardig hoor, maar ze heeft geen navigatiegenen meegekregen tijdens haar verwekking. Als het een beetje tegen zit, verdwaalt ze - bij wijze van spreken - nog in haar eigen badkamer.

Een goede reden voor een navigatiesysteem. Intypen waar je heen wilt en rijden maar. De TomTom vertelt je wel waar je links of rechts moet gaan en als het goed is kom je op de gewenste locatie terecht. Geen geografische kennis nodig en geen verkeersborden meer lezen. Limburg zou aan zee kunnen liggen wat haar betreft; ze heeft géén idee... Nee, écht niet!

foto: 'Woman in a car is thinking' - Ta_samaya - stockfreeimages.com
Ze volgt de aanwijzingen van de TomTom trouwens blindelings. Als dat ding 'rechtsaf' roept, gaat meteen het stuur om. Wanneer ik zeg dat er misschien een betere route is omdat ik de buurt op mijn duimpje ken, wordt mijn suggestie weggewimpeld onder gemompel: "Dat ding zal het wel weten, dus ik doe wat hij zegt."
Dat we pas over 200 meter rechtsaf moeten doet er niet toe. Dat zo'n navigatiesysteem niet tot op de centimeter nauwkeurig is ook niet.

Links, rechts?


Vroeger, toen er nog mannen met baarden waren en vrouwen alleen thuis de dienst uitmaakten, navigeerden we op de sterren.
Toen we nog (scheurbuik en uitdroging overwinnend) de zeven zeeën afschuimden, voeren we uit met kwadrant, zeeastrolabium, jakobsstaf of sextant en kompas.
Toen we nog met de 2CV op zomervakantie gingen, was vader al weken bezig geweest met het plannen van de mooiste route op de landkaart. En mocht moeder de kaart lezen onderweg. Gegarandeerd dikke pret op de achterbank.

Tegenwoordig hebben we écht geen idee welke kant we op moeten gaan. Zéker niet als het over internet gaat. We slaan rechtsaf, achter de eerste de beste aan die 'wel zal weten waar het heen gaat'. Want dat staat op internet. Tot er nóg iemand voorbijkomt die het ook blijkt te weten. Wat gaan we doen? Doorlopen, linksaf achter die nieuwe aan? Tot er nóg iemand voorbijkomt die het ook blijkt te weten. Achter nummer 3 aan dan maar? Of achter Calimero, Barbapapa of toch maar Piet Piraat (geen idee hoeveel fantasiefiguren we nog krijgen)?

Lemming


Terwijl wij met een handjevol volgers met ons hoofd in de wolken achter onze nieuwbakken leiders aanlopen, missen we die 7 miljoen mensen die onder ons totaal de andere kant oplopen.

Omdat we niet om durven te kijken.
Omdat we bang zijn dat we iets belangrijks missen als we even niet opletten.
Omdat we niet meetellen als we verzuimd hebben om wéér nieuwe inzichten te omarmen.
Omdat we niet buiten de boot willen vallen, omdat we 'mee moeten kunnen praten'.
Omdat we maar wát graag onze kop in de digitale zandbak steken.
Omdat de gedachte, dat er één persoon is die wél weet waar we heen gaan, ons een veilig gevoel geeft.

Omdat we liever een lemming zijn dan aan arend. Ik net zo goed...





Links



  1. Calimero
  2. Barbapapa
  3. Piet Piraat

maandag 14 januari 2013

Stop de socialmediavervuiling

Ik heb een stamkroeg. En een stamtafel. Het is er warm, ontspannen en gemoedelijk. Ik ontmoet er vrienden, bekenden en andere interessante mensen. Waar we het over hebben? Koetjes, kalfjes, werk, vrije tijd, sportclub, maakt niet uit. Zolang het maar gezellig is.

foto: 'the man and the coffe' - fyres - stock.xchng
Totdat het gesprek wordt onderbroken door een onbekende: "Hoi!! Je kent mij wel van jouw sportclub en hier heb je foldertjes van ons en vertel al je vrienden over ons bedrijf! Misschien win je dan ook nog wat leuks!"

Tussen de nootjes en glazen met drinken wordt een stapel flyers neergegooid en de onbekende verdwijnt. Een paar vrienden bekijken de foldertjes (het is toch niet de bedoeling dat wij als gratis bezorgdienst van dat bedrijf die flyers gaan uitdelen toch?)

Verder met ons gesprek. Waar waren we ook al weer gebleven?

Ik heb de draad nog niet opgepikt, of nummer twee verschijnt: een bekende van één van mijn vrienden. Zijn foldertjes liggen niet op onze statafel, dus hij gooit er nog een paar bij. Die moeten we ab-so-luut meenemen en thuis op onze voordeur plakken!

Kwik, Kwek en Kwak


Tijdens ons gesprek komt nummer drie, nummer vier, nummer vijf nog langs, dus wij verhuizen naar een andere statafel. Eentje uit het zicht van die enge mannen. Die hebben mijn vorige fijne vaste plekje inmiddels bezet, de sfeer verziekt en alle ruimte voor kopjes, nootjes en glazen geclaimd voor hun reclamerommel.

En als ze straks bij mijn nieuwe stamtafel opduiken? Dan verhuizen we weer naar een andere plek: Kwekker, Snater, Flabber of Fakelook.
Met dank aan alle marketingprofessionals die elke keer weer manieren verzinnen om mijn fijne hangouts te vervuilen. Aangespoord door adviezen van marketing-guru's waardoor al die enge mannen er hetzelfde uitzien, hetzelfde zeggen en hetzelfde doen. Als Kwik, Kwek en Kwak.

Leg gewoon een foldertje neer bij de uitgang. Als je écht zo interessant bent als jij beweert te zijn, dan neem ik vanzelf wel zo'n ding mee.
Stop de socialmediavervuiling alstublieft en laat mij gewoon genieten in mijn eigen kringetje. Ik zou u daar zo erg dankbaar voor zijn!